Tot 27 mei loopt in BOZAR in Brussel de tentoonstelling Spanish Still Life, een ambitieuze tentoonstelling die aan de hand van een 80-tal werken een overzicht geeft van de rijkdom en veelzijdigheid van 400 jaar Spaanse stillevens. Werken van grote kunstenaars met internationale erkenning zoals Cotàn, Velázquez, Goya, Picasso, Dali en Miró worden er geplaatst naast werk van hun tijdgenoten en voorlopers.
Bodegones
Tijdens de barok worden er overal in Europa stillevens geschilderd maar de Spaanse stillevens nemen een unieke plaats in omwille van enkele specifieke kenmerken. Allereerst is er hun naam: ze worden “bodegones” genoemd. Vervolgens is er de kracht van hun beeldtaal en de onmiskenbare verwantschap met Vlaamse en Italiaanse modellen.
Het eerste gekende Spaanse stilleven komt uit Toledo en is van de hand van Juan Sanchez Cotán (1602). Hij plaatst de elementen in een soort van stenen vensteropening, tegen een donkere achtergrond zodat een gevoel van afzondering ontstaat en de voorwerpen beter tot hun recht komen.
Aan het hof in Madrid werd het genre vernieuwd door Juan van der Hamen y León. Hij schilderde tafels met een hele enscenering van geraffineerde objecten en verfijnde eetwaren. In Sevilla schilderde Velázquez scènes in een kroeg (bodegón) waar personages verwikkeld zijn in dubieuze taferelen terwijl een religieus tafereel op de achtergrond de eenvoudige eetwaren op de voorgrond extra in de kijker zet.
Barokke pracht: tussen leven en dood
In de 17e eeuw moest de naturalistische eenvoud wijken voor een rijkere en meer kleurrijke picturale smaak. Enkele kunstenaars zoals Antonio de Pereda maken vanitasstilleven die geladen zijn met lugubere symboliek om er op te wijzen dat rijkom en macht vluchtig en onecht zijn. Tegenover het vanitasmotief staat dan weer de viering van het leven: ensceneringen van voorraden eetwaren of van keukentafels.
Na 1650 worden bloemenschilderijen het meest gevraagde genre. De 18e eeuw uit zich dan weer in de academische smaak. Vanuit de wetenschappelijke kijk op planten en dieren streefden de kunstenaars er naar om alles natuurgetrouw weer te geven. Gecombineerd met een schikking in een eenvoudig vertrek, lijkt het een terugkeer naar de Spaanse barokwerken. De formule werd bedacht door Luis Egidio Meléndez, de meester van de suggestieve combinatie van natuur en voorwerp.
19e eeuw
Francisco de Goya schilderde een reeks van twaalf stillevens en hing die op in zijn eigen huis. In BOZAR zijn er twee werken tentoongesteld. Tijdens de romantiek werden er vooral stillevens met een symbolische betekenis geschilderd.
20e eeuw
In de 20e eeuw werd het stilleven opnieuw het epicentrum van veranderingen. Het initiatief daartoe werd in het begin van de eeuw genomen in Parijs door twee Spanjaarden, Pablo Picasso en Juan Gris en een Fransman, Georges Braque. Het stilleven keerde terug in de verschillende fasen van het kubisme.
Na een culturele topbloei tijdens de Tweede Republiek maakte het drama van de Spaanse Burgeroorlog (1936-1939) een einde aan alle streven naar moderniteit. Maar de schilderkunst bleef een vluchtoord voor kunstenaars. Zo liet Joan Miró in zijn “Stilleven met oude schoen”, geschilderd tijdens de burgeroorlog, zijn abstract lyrische vormtaal helemaal achterwege om een hoogst verontrustend werk te schilderen.
Salvator Dalí tekent zowel in zijn stillevens als in de detailstudies de voorwerpen zo nauwgezet en ongewoon dat van het geheel een ongelooflijke beklemming uitgaat.
Surrealisme versus traditie
José Gutiérrez Solana daarentegen hield zich ver van deze avant-gardistische stroming en met de crue expressie en de symbolische toetsen in zijn werk, belichaamt hij een pessimistische en wrange visie op het land. Kort na 1950 was het bijna al abstractie wat de klok sloeg zodat er geen plaats meer was voor stillevens.
De Spaanse popart met als belangrijkste vertegenwoordiger Equipo Crónica steekt de draak met iconen van de Gouden Eeuw die door het Franco-regime verheerlijkt werden. De groep richt zich op de recente herontdekking en interpretatie van het stilleven als typisch Spaanse kunst. Rond 1980 focusten andere stromingen op de plastische mogelijklheden van het genre. Zo worden de tafels en keuken van Miquel Barceló gekenmerkt door formaten ver buiten het gewone en utigesproken perspectieven.
Praktisch: Spanish Still life in BOZAR/Paleis voor Schone Kunsten nog tot 27 mei is toegankelijk van dinsdag tot zondag tussen 10 en 18 uur; op donderdag van 10 tot 21 uur. Gesloten op maandag.
Toegangsprijs € 16 – 14; -26 en werkzoekenden, op woensdag: € 2. www.bozar.be